Stel je voor: je zit thuis aan je bureau, de zoveelste keer alweer. Buiten waait het — typisch Nederlands weer — binnen voelt alles dof en je blik dwaalt steeds af naar je telefoon. Vorige week las ik in een forum dat één simpele feng shui-regel je focus met de helft kan verbeteren. Klinkt vaag? Dacht ik dus ook. Maar ik probeerde het — en tot mijn verbazing werkte het. Hoe? Daarover straks meer.
Wat is het geheim van die feng shui-tip?
Oke, eerst even kort: feng shui is die oude Chinese leer over energie, inrichting en balans. Vaak denk je aan mysterieuze rituelen, drakenbeeldjes en veel te veel planten — maar de kern is eigenlijk verrassend praktisch. En wat bleek: er is één regel die in ieder Zaans huurhuis werkt, of je nu uitzicht hebt op de gracht of drie geparkeerde fietsen.
De regel? Zet je bureau altijd zó neer dat je zicht hebt op de ingang van de kamer, maar niet recht ervoor zit. Geen grap — mijn collega uit Utrecht zweerde hier al jaren bij (“serieus, ik kan nu 3x sneller mijn Excels door”). Ik was niet direct overtuigd, maar ik besloot het te proberen… en merkte verschil.
Waarom werkt deze aanpak eigenlijk?
Wat ik ontdekte tijdens het testen: als je zit met je rug naar de deur, ben je stiekem de hele tijd alert. Wie komt er binnen? Word ik straks afgeleid? Volgens feng shui-experts verlaagt dat je energie én je concentratie. Zit je aan de andere kant, met zicht op de ingang, dan voel je je rustiger. Eigenlijk voorkomt het gewoon onbewuste stress — iets waar we allemaal last van hebben, vooral op grijze dinsdagen als vandaag.
- Zicht op de deur = méér mentale rust
(mijn buurvrouw, docent NT2, zweert hier ook bij) - Niet recht tegenover — voorkomt dat alle “energie” op je af komt (geen idee wat dat nu weer betekent, maar ik voel me minder opgejaagd)
- Meer focus = sneller klaar — en dus langer tijd voor koffie
Praktische stappen om het zelf te proberen
Je hoeft er echt geen meubelbouwer voor te zijn. Zo ging het bij mij thuis (voormalige studentenkamer, weinig plek):
- Kijk waar de deur is. In mijn geval: linksachter.
- Zet je bureau zodanig neer dat je naar de ruimte kijkt, maar niet precies met je gezicht naar binnen loopt.
- Laat wat ruimte achter je over — anders voelt het benauwd. Ik schoof meteen mijn IKEA KALLAX opzij.
Het resultaat? Minder afleiding, sneller werken. Zelfs als de kat door de kamer rent of de buurjongen (hij studeert aan de VU geloof ik) weer zijn muziek net iets te hard zet.
Zijn er valkuilen? Ja, zeker
Natuurlijk is niets perfect. Soms werkt je kamerindeling gewoon tegen — dan past je bureau niet handig. Of er staat ineens een plant in de weg (hier in de straat hebben veel mensen kamerplanten van drie meter hoog — geen idee waarom). In dat geval: probeer het schuinst. Of gebruik een spiegel om toch die ‘zicht-lijn’ te behouden. Dat advies kreeg ik dinsdag in onze familie groepsapp (“mam zegt: ‘altijd een spiegel bij de deur, kind’”). Of het nu feng shui is of gewoon gezond verstand — het helpt.
Meer productiviteit, minder stress — gewoon met een kleine schuif
Dus: als je thuis werkt en je merkt dat je ’s middags alleen nog maar YouTube marathon kijkt of WhatsApp openklikt, probeer deze simpele switch. Je hebt niks te verliezen — behalve misschien de chaos op je bureau. Of het echt altijd voor iedereen werkt? Niet zo zeker. Maar mijn ervaring is best positief… al kan het ook toeval zijn. In ieder geval: je werkplek voelt ineens net iets prettiger. In ons kantoor in Amsterdam schoven vorige maand ook drie collega’s de meubels om. “Het voelt meer als m’n eigen ruimte nu,” zei iemand afgelopen vrijdag.
En nu?
Laat vooral weten of het bij jou uitpakt — of juist totaal niet. Tips uit je eigen huis? Stuur gerust, dan probeer ik het uit (hoewel mijn woonkamer inmiddels vol staat). In ieder geval: schuiven maar. Wie weet…