Wist je dat de gemiddelde Amsterdammer met een koffertje van meer dan €250 naar Thailand vliegt — en daar binnen 2 dagen spijt krijgt? Die tijd lijkt nu echt voorbij. De rugzak heeft namelijk concurren-tie gekregen van een onverwacht alternatief, waar veel backpackers hier in Nederland bij zweren. Wat het is, en of jij dit ook moet proberen? Nou, laat ik je meenemen in mijn eigen rommelige ervaringen.

Waarom koffers uit raken (en niet alleen onder jongeren)

Op de NS perron, tijdens mijn reis naar Maastricht vorige maand, zag ik het al: enorm veel koffers bleven halverwege de trap steken. Zelfs een stel dat op Schiphol vandaan kwam — stress, gezweet, frustratie. Blijkbaar zijn koffers vooral handig bij gladde vloeren, terminals en taxi’s. Maar wie reist tegenwoordig nog standaard zo? De meeste backpackers die ik ken (en dat zijn er best wat) kiezen voor vrijheid: niet meer afhankelijk van wieltjes, liften of ruimte in een overvolle coupé.

De opmars van de ‘duffeltas met slimme features’

Je hoort het goed. Niet de ouderwetse plunjezak, maar een soort hybride waar ik zelf pas recent achter kwam na tips van mijn collega in Utrecht. Duffeltassen met laptopvak, compressieriemen, schoenencompartiment én — dat moet je even checken — geïntegreerde regenhoes. Mijn eerste reactie: “Serieus? Is dat niet onhandig?” Nu, een paar maanden later, snap ik het wel. Ze zijn flexibeler, wegen minder, geen gebroken wieltjes én je propt ze makkelijker in busjes of treinbagagerekken.

Voordelen die je niet verwacht (en misschien ook een paar nadelen)

• Passen overal tussen — zelfs die krappe OV-banken richting Groningen
• Geen paniek bij kapotte zwenkwielen
• Diverse draagopties — van schouderband tot handvat (en sommige zelfs als rugzak)
• Lichter dan harde koffers — officieel volgens specs, maar voelde het verschil pas toen ik ‘m drie trappen op moest sjouwen in Den Haag

Natuurlijk, niet alles is ideaal. Je spullen kunnen soms wat door elkaar schuiven (mijn tandpasta opende ooit magisch zichzelf…) en als je back wilt doen met strak gestreken shirts — kies toch maar die koffer. Maar voor backpackers tellen vooral praktische punten. Mijn buurjongen noemt het ‘no nonsense reizen’. Eerlijk: beter voor korte citytrips én lange tóchten in Zuidoost-Azië.

Welke merken maken het verschil? Nederlandse favorieten

Wat ik de laatste tijd veel zie: Eastpak heeft zijn klassieke modellen verbeterd (zijn zooo 2010 maar alsnog populair), en Decathlon’s Forclaz maakt hier echt een rare opmars. Ook het Rotterdamse CabinZero is opvallend geliefd: zomereditie is al bijna uitverkocht, volgens mijn vriendin uit Leiden. Belangrijk is dat je let op het gewicht, draagcomfort — en of je tas bagageproof is voor Ryanair (daar trappen ze niet overal in).

Praktische tips als je de overstap wil maken

• Bepaal hoeveel liter je echt nodig hebt. (Mijn tip: neem minder dan je denkt — écht minder!)
• Kies voor waterdicht, of minimaal een regenhoes. In Nederland regent het vaak op de verkeerde momenten…
• Test de tas met je normale reisspullen voor je hem koopt. In de winkel checken of je ‘m makkelijk zelf een trap op krijgt.
• Geen laptopvak? Koop zo’n losse sleeve van HEMA — beschermd genoeg!

Moet je je dure koffer nu meteen weg doen?

Dat hoeft natuurlijk niet. Ik gebruik zelf nog steeds m’n koffer als ik familie in Brabant bezoek (lekker alle cadeaus erin), maar voor flexibele (verre of korte) trips geef ik de voorkeur aan die slimme duffeltas. Misschien is het deels een trend — of misschien worden we gewoon praktisch ouder, wie weet.

Dus, wat gebruiken jullie het liefst? Laat eens wat horen onder dit artikel of stuur een foto van je meest gebruikte tas (“reistas van het jaar”-verkiezing incoming?). Wie weet wisselen we binnenkort onze oude koffers om op Marktplaats — in onze vriendengroep is dat onderwerp al een paar keer gevallen. Nou, tot zover… Happy backpacken, waar je ook heen gaat!