Op de universiteit zag ik het altijd: mensen met stiften in alle kleuren, markeerden hoofdstukken alsof hun leven ervan afhing. Leuk, maar werkte dat eigenlijk wel? Nieuw onderzoek laat zien dat highlighters misschien achterhaald zijn — en er is een simpelere, snellere methode die je drie keer beter laat onthouden. Of, tenminste, bij mijn vrienden en collega’s werkt het verrassend goed.
Waarom markeren vaak niet werkt
Iedereen kent het: je leest een tekst, markeert de belangrijkste zinnen met felgroen of oranje, en denkt – nou, nu blijft het wel hangen. Maar eerlijk: hoeveel onthoud je écht? Ik heb afgelopen maand nog wat studenten ondervraagd – merendeel wist na een dag amper wat ze gelezen hadden. Blijkbaar onthoudt ons brein kleuren minder goed dan we denken.
Dit zegt niet alleen mijn buurvrouw (die lerares is in Rotterdam), maar ook onderzoek van de University of Phoenix (ja, in de VS – maar toch): markeren geeft vooral het gevoel dat je actief bezig bent. In werkelijkheid verbeter je je geheugen nauwelijks. En het is best zonde, die tijd in die regenboog van kleuren stoppen…
De ‘actieve herinnering’ methode — driemaal zo effectief
Wat werkt dan wél? Wetenschappers (en mijn slordige aantekeningen van een lezing in Utrecht) blijven terugkomen op één truc: actieve herinnering, oftewel ‘retrieval practice’. Het klinkt als iets uit een managementboek, maar het betekent eigenlijk simpelweg dat je jezelf dwingt actief iets terug te halen uit je geheugen.
- Lees een stukje tekst (denk aan maximaal één pagina)
- Leg het boek weg, sluit je ogen
- Probeer nú hardop of op papier alles op te sommen — zonder spieken
- Noteer wat je niet kon herinneren, kijk even terug en herhaal
Zelf doe ik het soms op de fiets (tip: pas op bij drukke kruispunten). De grap is: juist het moeite doen om iets terug te halen, versterkt de verbindingen in je brein. Dat zegt niet alleen m’n oude docent psychologie van de UvA, maar je merkt het ook direct. Gisteren nog – ik wist plots weer dat gekke feitje uit m’n studie van jaren terug…
Waarom werkt het (bijna) altijd?
Volgens de wetenschappers — en misschien ook mijn moeder die nooit studeerde maar altijd lijstjes maakte — is ‘actieve herinnering’ effectiever omdat je brein zelf werk moet verzetten. Je wordt niet passief volgestopt (zoals met highlighters), maar traint je geheugen daadwerkelijk. En hé: het is sneller gedaan dan je denkt. Drie tot vijf keer herhalen blijkt vaak genoeg voor een hoofdstuk, al hangt het natuurlijk af van hoe je leert. misschien werkt het bij jou net anders…
Tips & valkuilen uit de praktijk
Dus: weg die stiften? Nou, misschien niet meteen. Kan handig zijn voor overzicht. Maar als je dingen écht wilt onthouden — een moeilijk examen, of die warrige werkafspraak — probeer eens één week deze methode. Maak je fouten, prima. In ons team op werk doen we zelfs kleine quizzen aan het eind van de dag. En zelfs de collega die niks onthoudt (“ik ben gewoon chaoot!”) scoorde ineens boven gemiddeld.
- Gebruik kleine herhaalrondes: liever vijf minuten per keer dan een uur ploeteren
- Varieer hoe je jezelf test: schriftelijk, hardop, via kleine kaartjes (flashcards)
- Goede timing: vlak voor je naar bed gaat werkt verrassend goed (geen idee waarom, maar rechercheer het gerust zelf)
- Doe het samen — even quizzen in de trein werkt top. In de spits, dat wel…
In het kort (en nu écht): highlighters zijn uit, actief ophalen is in
Highlighters? Leuk voor je agenda of als je écht van kleur houdt. Maar om te onthouden — vertrouw meer op jezelf, minder op neongeel. Of misschien ben ik gewoon ouderwets, maar mij helpt het. Probeer het uit, deel je ervaringen hieronder (of in je studiegroep), en wie weet ontdek jij nog een slimmere truc. In ieder geval iets om te proberen deze week…