Even eerlijk: de meeste mensen in de sportschool drinken óf water uit zo’n grote bidon, óf bekende sportdrankjes uit de supermarkt. Maar wat als ik zeg dat beide opties niet per se ideaal zijn — althans, dat hoorde ik laatst van een sportdiëtist (en ik weet dat mijn buurvrouw het er niet mee eens zou zijn). Dus, waar doe je nu écht goed aan tijdens het sporten? Aan de hand van feiten, wat eigen ervaringen — en een vleugje twijfel hier en daar — probeer ik de balans te vinden.
De misvattingen rond water en sportdrankjes
Toen ik zo’n drie maanden geleden weer fanatiek begon te joggen langs de Utrechtse singels, greep ik standaard naar m’n oude trouwe fles Spa Blauw. Lekker veilig. Maar laatst in ons loopgroepje werd er volop gediscussieerd: water is prima, maar je zweet niet alleen vocht uit — ook belangrijke mineralen als natrium en kalium. Sportdrankjes dan? Die zitten wel vol elektrolyten, maar ook suiker — en daar krijg je niet direct een betere conditie van.
Waarom je lichaam meer nodig heeft dan je denkt
Je transpireert — logisch — maar wist je ook dat alleen water drinken soms averechts kan werken? In extreme gevallen zorgt het voor een verstoring van je elektrolytenbalans, waardoor je duizelig of zelfs misselijk kunt worden. Ook mijn collega (fanatiek hockeyer, altijd met z’n Smartwater-fles) merkte: na een zware training voelde hij zich suf, ondanks dat ‘ie liters water dronk.
Aan de andere kant, sportdranken uit de supermarkt bevatten meestal veel suiker — check maar eens het etiket van Aquarius, Extran of AA Drink. Handig als je een marathon loopt of in de Tour de France rijdt, niet per se bij een uurtje zumba in Amstelveen.
Wat moet je dan wél drinken? Kleine lijst, grote verschillen
Kort antwoord: het hangt af van je soort sport, de duur, en hoe hard je zweet. Ik zet de opties even op rij:
- Kort en matig intensief sporten (tot 1 uur): Water is prima, maar voeg eventueel een snufje zout toe als je veel zweet. Klinkt gek, werkt wel (al vond mijn vriend dat niet bepaald lekker…)
- Langer of zwaar sporten (>1 uur): Zelfgemaakte “sportdrank”: meng water, een beetje vruchtensap (vers), en een klein beetje zout. Zo houd je suikers en elektrolyten op peil — zonder de piek van kant-en-klare drankjes.
- Bij hoge temperaturen of intensieve trainingen: Let op extra aanvulling van magnesium en kalium. Bananen, kokoswater (bij de Jumbo om de hoek vaak in de aanbieding), of die bekende ORS-poedertjes kunnen uitkomst bieden.
Misschien niet het antwoord waar je op hoopte — hoewel, mijn moeder zweert bij limonade met een beetje zout erin, dus wie ben ik om haar tegen te spreken… Uiteindelijk geldt: luister goed naar je lichaam, probeer wat werkt. En onthoud: wat ideaal is voor je buurjongen die triatleet is, kan voor jou juist niet uitpakken.
Praktische tips uit mijn sportgroep (en van de diëtist)
- Zorg dat je drinkt vóórdat je dorst krijgt, zeker als je langer dan 45 minuten actief bent.
- Test je nieuwe drank uit tijdens een training, niet tijdens belangrijke wedstrijden of events.
- Kijk wat je zelf fijn vindt qua smaak en vertering — het staat nergens dat alles hetzelfde moet zijn.
Tot slot: dit is geen sluitend antwoord — wie weet is het volgende advies over een jaar weer anders, je weet hoe snel trends gaan in Nederland. Maar met een beetje logisch nadenken en lokaal uitproberen kom je een heel eind. Heb jij zelf nog bijzondere drank-gewoontes voor tijdens het sporten? Deel ze gerust hieronder, daar leer ik meestal het meest van. In ieder geval: proost, en veel succes met zweten — uh, sporten!